vrijdag 31 december 2010

Oud...........

'Schrijven is mijn lust en mijn leven.' staat er als motto in de kop van mijn weblog.
Ik schrijf de stukjes dus voornamelijk omdat ik het zo heerlijk vind om te doen en.... je zou ook kunnen zeggen: omdat ik het gewoon niet kan laten. Ik zou de stukjes na het schrijven natuurlijk kunnen verfrommelen en weggooien. Of op de Delete-toets drukken. Ik doe dat niet. Misschien heeft iemand anders er nog iets aan..... denk ik dan en daarom zet ik ze maar op deze weblog.

Soms schenken mijn blogjes iemand een glimlach, een schaterlach, soms ook een traan, soms brengen ze ontroering, een herinnering, een herkennen teweeg, soms vormen zij een bemoediging, een troost. Dat is dan mooi meegenomen. Er zijn ook mensen die er niks aan vinden en er niets uithalen. Dat is een beetje jammer dan......

Hoe dan ook, ik ga er mee door in 2011.
Tot straks dus, in het volgend jaar.

donderdag 30 december 2010

Kruimeldiefje.

Vorige week waren mijn kleinkinderen op bezoek, vier stuks in totaal, in de leeftijd van vier tot acht. Op een gegeven moment kwam kleinzoon de kamer binnen met twee euromunten die op het plankje in de gang lagen. Ik legde uit dat die daar lagen om aan de folderbezorgers te geven wanneer zij aanbelden om hun nieuwjaarsfooi in ontvangst te nemen. "Leg ze maar weer terug op dat plankje." vroeg ik en hij ging terug naar de gang om de munten terug te leggen.

Toen het hele stel zou vertrekken zag ik dat er nog maar één euro op het plankje lag. "Waar is die andere euro gebleven, jongens?' vroeg ik. Ze keken mij allevier met de meest onschuldige gezichtjes aan. Het was onmogelijk een dader er uit te pikken. Het kon zijn dat degene die de munten terug moest leggen er één achter gehouden had, maar het kon ook zo zijn dat hij ze wel had teruggelegd en dat één van de anderen er één had weggenomen. Nu lig ik niet wakker van die ene gepikte euro, maar ik raadde wel mijn zoon aan er toch nog even op door te vragen als ze in de auto zaten en de dader duidelijk te maken dat zo iets echt niet kan.

Een paar dagen waren ze er weer. Al snel kwam een van m'n kleindochters naar me toe en vroeg of ik die euro al weer gevonden had. Ik antwoordde dat dat niet zo was. 'Maar er liggen er nu wel twee op het plankje.' zei ze. Dat klopte. Ik zal waarschijnlijk nooit weten wie de euro heeft weggenomen en eigenlijk wil ik dat niet eens weten. Het belangrijkste is dat de dader, uit eigen beweging of onder zachte dwang van de ouders, heeft ingezien dat het verkeerd was iets van een ander weg te pakken en zijn of haar daad weer netjes gecorrigeerd heeft.

woensdag 29 december 2010

Gewoon rot.

Kerstmis en Oudejaar zijn leuke feesten, maar niet voor iedereen. De laatste helft van december is vaak een afschuwelijke tijd voor mensen die op de een of andere manier alleen zijn komen te staan, voor zieken, voor ouderen. We leven echter in een tijd waarin verdriet en somberheid taboe zijn en de tv-reclame ons wijsmaakt dat iedereen mooi, lief, jong, gezond, leuk en boven alles 'gelukkig' hoort te zijn. Geluksgoeroes leren ons dat geluk maakbaar is, zoals dat heet. Wanneer iemand verdriet en ellende heeft dan is hij of zij een loser en zal diegene het wel aan zichzelf te wijten hebben. Wie een ernstige ziekte krijgt heeft altijd volgens een verkeerd voedselpatroon geleefd, wie trammelant met z'n kinderen heeft, heeft ze niet goed opgevoed, wie altijd tegenslag heeft zal in een vorig leven wel iets slechts hebben gedaan, van dat soort dingen. Geluk is tegenwoordig iets waar iedereen recht op heeft.

Terwijl soms het leven zomaar genadeloos toe kan slaan.
En je je dan gewoon rot voelt.

De mensen om je heen voelen zich daar niet prettig bij. Ze wijzen je op de vele lichtpuntjes die er toch ook nog zijn, de zon die nog achter de wolken schijnt of op het feit dat er velen zijn die het veel slechter hebben dan jij. Met een toegevelijke glimlach om de lippen zet je dan je clownsneus maar weer op.

'Hè.... zo ken ik je weer!'

Terwijl je maar één ding wilt: een arm om je heen en een stem die zegt: 'Ik snap heel goed dat je je zo klotig voelt. Ik voel met je mee.'

dinsdag 28 december 2010

Wolluis.

Al vaker schreef ik op deze blog over de orchideen in mijn vensterbank. Ooit waren zij de trots van Ans en later, toen ik de verzorging noodgedwongen over moest nemen, van mij. Niet dat ik aan die verzorging een dagtaak had, een kleine hoeveelheid water per week en heel af en toe wat pokon stelde hen al tevreden en ze beloonden mij met een verrassende, schitterende bloemenpracht, steeds weer opnieuw.

Tot de wolluis (Pseudococcus maritima) bezit van hen nam. Voor de gelukkigen die nog nooit met dit diertje kennis hebben gemaakt, het volgende:

Wolluizen kunnen een plaag vormen voor alle planten, maar ze hebben een duidelijke voorkeur voor de Phalenopsis. Op een gegeven moment ontdek je witte vlokjes en wolachtige ophopingen achter de bloemen, in de oksels van de stengel en tussen de bladeren. De milimeter grote diertjes die daarin verborgen zijn steken met hun monddelen in een plantencel, zuigen deze leeg en brengen, al dank voor het aangenaam verpozen, giftig speeksel terug in de cel. Er ontstaan verkleuringen en later bruine plekken. Wanneer je er niets aan doet wordt de plant al snel overdekt door deze plaag. Beschadiging bij jong blad geeft vervormingen. Er ontstaat ook honingdauw waardoor de plant plakkerig aanvoelt en glimt en op die manier weer extra gevoelig wordt voor schimmels en virussen. Het vrouwtje legt 300-500 eieren die na 10 dagen uitkomen, waarna het vrouwtje sterft. Als de eieren uitkomen zoeken de jonge beweeglijke luizen een goed plaatsje op de plant op om er van te gaan eten. De mannelijke wolluis vliegt ondetussen vrolijk van plant tot plant om de vrouwtjes te bevruchten zodat het feest nog lang kan doorgaan. Klaar ben je er mee!

Ze zijn te bestrijden met chemische bestrijdingsmidelen die erger zijn dan de kwaal, maar ook het regelmatig verwijderen van de witte vlokken met een penseel gedoopt in spiritus zou moeten helpen. De vlokjes lossen op in de spiritus en dan pas zie je de rose/bruinachtige diertjes die zoveel leed veroorzaken. Eén keer behandelen is onvoldoende. Je moet echt wekenlang iedere dag de penseel met spiritus ter hand nemen.

Het is een gevecht van de mens tegen nauwelijks zichtbare diertjes, van Goliath tegen David. Wie de strijd gaat winnen weet ik nog niet, maar de geschiedenis heeft geleerd het dat niet altijd de grootste is die wint......

maandag 27 december 2010

Theelichtje en speeldoos (4)

Het verhaal dat Lida mij vertelde maakt voor mij de speeldoos natuurlijk veel waardevoller dan wanneer ik hem gewoon ergens in een winkel of zo had gekocht. Net als voor veel andere verzamelaars, zijn voor mij de verhalen achter de verzamelde voorwerpen vaak leuker en interessanter dan de voorwerpen zelf. Ik druk het af en berg het op ergens bij de speeldoos, zodat het erbij bewaard blijft.

Terwijl ik haar weer verder hielp met de computer ging de bel en werd er een pak bezorgd met een prachtige babypop. 'Als je wat terug zou willen doen dan zou je die pop voor me kunnen betalen,' stelde ze voor. 'Een gedeelte van het bedrag gaat ook nog naar de Kankerbestrijding, dus je steunt er ook nog een goed doel mee.' Dat vond ik eigenlijk wel een goed idee en dus betaalde ik de pop.


Het leuke van deze hele geschiedenis is natuurlijk dat ze ooit, heel veel jaren geleden, een pop heeft geruild voor die speeldoos en dat ze nu, een dikke zestig jaar later, diezelfde speeldoos weer heeft omgeruild voor.... een pop. Zou dat nu toeval zijn of wordt zoiets bestuurd door iemand die ergens daar boven allerlei leuke 'toevallige samenloopjes van omstandigheden' zit te bedenken en nu zit te grinniken omdat het ook deze keer weer zo goed gelukt is?

zondag 26 december 2010

Theelichtje en speeldoos (3)

Dit is het verhaal van Lida, hoe zij aan die speeldoos is gekomen, zoals ze het aan mij vertelde. Een echt kerstverhaal:

In de jaren kort na de oorlog woonde ik in Rotterdam. Ik was een jaar of twintig. Een buurvrouw had mij geleerd hoe je een zelfgemaakt wiegje kon bekleden. Ik kocht twee kleine poppetjes die er samen in pasten en kleedde ze aan. Toen het geheel af was ging ik naar een lagere school in een achterstandswijk en vroeg aan het hoofd of er misschien een kind was, dat niets van Sinterklaas zou krijgen.

Het hoofd antwoordde mij dat het onmogelijk was om zo'n kind aan te wijzen, want dat zou op school maar scheve gezichten geven. Tijdens het gesprek herinnerde hij zich echter dat een klein meisje dat net op school was gekomen, bij het medisch schoolonderzoek tbc bleek te hebben. Ze woonde samen met twee oudere broertjes bij haar oma omdat haar moeder, die als prostitué werkte, hen niet kon verzorgen. Zij zou een jaar thuis moeten kuren en dat betekende in die tijd een jaar lang op bed liggen! Aangezien oma van een uitkering moest leven, vermoedde hij dat dat meisje wel erg blij zou zijn met de popjes.

Oma was zeer verbaasd en dacht dat ik van het Leger des Heils kwam. Ik mocht meteen boven komen en daar, in een bed voor het raam, lag..... Gonnie. Een klein ding, zes jaar oud, met prachtig rood haar. Haar enige vertier was het uitzicht op de Maas. Het wiegje met inhoud werd met blijdschap aanvaard en van oma moest ik als dank een leeg porseleinen parfumflesje meenemen, want ze zou niet gelukkig zijn geweest als ze mij niets terug had kunnen geven.

In de volgende maanden hoorde ik van haar oma hoe Gonnie uren met de popjes in bed zat te spelen en er tegen aan het praten was. Ik vond dat ik eigenlijk een grote pop voor haar zou moeten maken. De kleine popjes waren slechts 10 cm groot en daar viel niet veel aan uit te kleden. Gelukkig bleek oma nog een oude pop zonder kleertjes in een kast te hebben liggen en zowel mijn moeder als ik gingen aan de slag met het aankleden van deze pop. Natuurlijk moest er ook voor die pop een bedje komen. Een houten kersenkratje bleek precies de goede maat te hebben. Van een oud gordijntje maakte ik de bekleding en mijn vader timmerde er een hemeltje boven. Op eerste Kerstdag was het klaar en kon ik het naar Gonnie brengen.

Die vond het natuurlijk prachtig. Maar oma maakte zich meteen weer zorgen over het feit dat ze nu niets had om terug te geven. Toevallig zat Gonnie op dat moment in bed met een grote, ouderwetse speeldoos met 15 metalen platen. Die had ze ooit van een varend familielid gekregen. Toen oma maar bleef doorvragen en aandringen hoe ze mij bedanken kon, zei ik terloops: "Als u nu nog eens zo'n mooie speeldoos kunt krijgen, dan zou ik zoiets graag hebben." Onmiddellijk zei oma, tegen haar kleinkind: "Zeg Gonnie, jij hebt nu zo'n mooi cadeau gekregen, dan mag die juffrouw nu toch wel jouw speeldoos hebben, hè?" Dat was natuurlijk helemaal niet mijn bedoeling, omdat Gonnie toch al zo weinig speelgoed had. Maar toen nam oma mij mee naar de gang en vertelde me dat ze erg veel last had van het lawaai dat de beide broertjes met de metalen platen maakten en dat ze het ding daarom al eens eerder had weggegeven, maar dat ze hem weer had teruggekregen. Oma was niet jong meer en kreeg zware hoofdpijn van de herrie. Ze smeekte mij dus bijna om het ding mee te nemen. Gonnie vond het best, die had uiteindelijk veel meer aan de pop dan aan de speeldoos en zo moesten de broertjes de houten doos met de platen, voor mij naar mijn huis dragen.

Ik was er dolgelukkig mee en heb die hele Kerstdag al die platen zitten draaien. Er waren ook een paar Kerstliedjes bij. O du Froeliche, en Stille Nacht.


zaterdag 25 december 2010

Kerstgroet.


ze hangt het hele jaar op zolder
maar rond de Kerst, zo'n week of twee,
dan komt ze altijd naar beneden
en haar trompetje neemt ze mee.

ze speelt een lied op luide tonen
en wie het horen wil die hoort.
'er is een kindeke geboren,
heel lang geleden, zegt het voort.'

ze vult het huis met blijde klanken
twee weken lang, dan is zij klaar
en gaat terug, de weg naar zolder.
ze roept nog snel: 'tot volgend jaar!'

vrijdag 24 december 2010

Theelichtje en speeldoos (2)

We raakten nog wat aan de praat over wat er met haar spullen zou moeten gebeuren wanneer zij er niet meer zou zijn. Al weer een flink aantal jaren geleden had zij mij een fraaie speeldoos laten zien met een vijftiental platen. Ik ben helemaal gek op speeldoosmuziek en natuurlijk is ook daar weer een duidelijke link naar mijn verzameling aanwezig. Ze zag toen wel hoe opgewonden ik werd bij het zien van dit prachtige antieke instrument en beloofde dat ik het zou krijgen na haar overlijden.

Ik kon het nu niet nalaten toch nog even te vragen of zij die speeldoos nog had. Ze knikte met een bijna plechtige glimlach rond de lippen en verdween naar een andere kamer, waaruit ze even later terugkwam met een stapel metalen platen in haar handen. Ze gaf ze aan mij en ik zag dat der een plakker op zat met mijn naaam en adres. Even later haalde ze de speeldoos op en ook daar zat een plakker op. Ik voelde me blij maar ook wat ongemakkelijk, zoals het voelt wanneer je met iemand praat over de dingen die je zult krijgen wanneer die persoon er niet meer is. 'Wanneer je beloofd dat ik zo af en toe nog eens naar de muziek mag komen luisteren bij jou thuis, mag je hem nu al meenemen.' zei ze. Ik was even sprakeloos. Binnen enkel minuten waren zo maar onverwacht een prachtig theelichtje en een fraaie speeldoos mijn eigendom geworden.


'Weet je nog hoe ik er aan gekomen ben?' vroeg ze me en langzamerhand herinnerde ik me het verhaal dat ze me jaren geleden verteld had. Omdat het eigenlijk een soort kerstverhaal is, plaats ik het later, op Tweede Kerstdag.

Theelichtje en speeldoos (1)

Toen ik Lida, een wat oudere, goede kennis van mij, weer eens aan het helpen was met haar computerproblemen, vertelde ze mij terloops dat ze de vorige dag met de ouderenbond een bezoek had gebracht aan het Ambachtenmuseum in Terschuur. Daarin is echt van alles ondergebracht, je kunt het zo gek niet verzinnen. 'Ik denk dat ik een oud theelichtje dat ik hier nog heb staan er ook maar eens naar toe breng,' zei ze, 'daar zitten wat porseleinen tegeltjes in, waar het licht doorheen schijnt als er een lampje in brandt.' Ik sprong bijna overeind uit mijn stoel. 'Die tegeltjes dat zijn lithofanen,' riep ik uit, 'en ik ben al jaren op zoek naar zo'n theelichtje met lithofanen voor mijn verzameling toverlantaarns. Daar heeft het duidelijk mee te maken. Je moet dus dat theelichtje niet naar dat museum brengen, maar aan mijn verzameling schenken.' Lida vond het leuk dat ik zo enthousiast reageerde en haalde voorzichtig het theelichtje uit een kastje. Het zag er nog prima uit, alle vier de tegeltjes waren aanwezig en ze waren nog heel ook, en het mooiste van alles.... ik kreeg het van haar. Ik was natuurlijk dolgelukkig met deze nieuwe aanwinst voor mijn verzameling.


Veel van deze theelichtjes zijn weggegooid omdat mensen die het in handen kregen het geheim van die witte porseleinen plaatjes niet kenden, Ik ken het wel en heb dus meteen een kaarsje in het theelichtje gezet. Het was een betoverend gezicht, dat flakkerende vlammetje achter de wat rozig doorschijnende plaatjes porselein dat nu de schitterende afbeeldingen onthulde die daarin verborgen lagen.



donderdag 23 december 2010

Tweehonderd!


Het vorige bericht was nummer 200. Dit bericht is dus 201. Ik ga gewoon verder.....

Een kunstwerk aan de muur (3)

'Machu Picchu' heet het schilderwerk van Ivan Mijatovic dat ik nu aan de muur heb hangen. Ik moet bekennen dat die titel me helemaal niets zei, maar met wat geGoogle kwam ik er achter dat Muchu Picchu de naam van een stad is, in Peru. Een stad van de oude Inca's die nooit door de Spanjaarden is ontdekt en daardoor ook niet vernietigd werd. Er is dan ook in deze stad nog veel van de oude Inca-beschaving terug te vinden. De naam betekent letterlijk Oudeman Hoogte.


De Inca's konden de stad slechts te voet bereiken over een steil pad tijdens een tocht die meerdere dagen duurde. Aangenomen wordt dat met de bouw van de stad werd begonnen rond 1440, In 1911 werd de stad herontdekt. De onderzoeker professor Hiram Bingham, schreef in zijn boek "De ontdekking van Machu Picchu": 'Plots stond ik voor de muren van ruïnes en van huizen, de beste kwaliteit Incabouwkunst. De muren waren moeilijk te zien, daar ze in de loop der eeuwen gedeeltelijk waren overwoekerd door bomen en mos, maar in de schaduw van bamboe-bosjes en dicht vervlochten klimplanten waren hier en daar muren zichtbaar van witte granieten blokken, die met grote precisie waren uitgehouwen en waren samgengevoegd. Er waren schitterende tempels en koninklijke huizen te zien, een groot plein en tientallen huizen. Het leek wel een droom'. In 2007 werd Machu Picchu tot een van de "zeven nieuwe wereldwonderen" gekozen via de website new7wonders.com.


Wanneer je met deze wetenschap gewapend het schilderij bekijkt, zie je direct dat de schijnbaar zonder betekenis in een dik relief aangebrachte patronen een weergave zijn van de oude stad. Een plattegrond waarin de verschillende stadsdelen duidelijk zijn te herkennen: een woonzone met middenin een groot plein, een militaire zone en een godsdienstige zone. Ook zijn er oude Inca-motieven in terug te vinden.

Misschien is dat ook wel een van de leukste dingen van kunst, dat je er niet alleen tegenaan kunt kijken, maar er ook helemaal diep in kunt wegduiken. Wanneer je er tegenaan kijkt is kunst een dichtgeslagen boek, waarvan je het omslagontwerp kunt bewonderen, de kwaliteit van het papier enigzins kunt beoordelen, of de letters van de titel kunt bekijken. Maar als je het boek openslaat dan wordt het pas echt leuk. Dan kun je er in gaan lezen en er steeds weer nieuwe dingen in ontdekken.

Veel meer interessante wetenswaardigheden op http://www.infoperu.com/nl/view.php?lang=nl&p=81, Machu Piccha, de Magische Stad.

woensdag 22 december 2010

Een kunstwerk aan de muur (2)

Lucille vond het prachtig en mailde terug dat de 'kleine' op mij wachtte. Samen met vriend Teun, die toevallig bij mij op bezoek was, ging ik de kleine, grote Iwan ophalen en het werd een feestelijke, vrolijke, opgewonden, prettige, en dus alleszins gemakkelijk bevalling. Er had zich een aangename opwinding van mij meester gemaakt en Lucille vond het leuk en fijn een kunstwerk uit te lenen aan iemand die er duidelijk zoveel plezier aan beleefde.

Een half uurtje later hing het bij mij aan de muur......


......en het viel beslist niet tegen. Iedere keer dat ik er langs loop, kijk ik er even naar en geeft het mij een blij gevoel.

dinsdag 21 december 2010

Een kunstwerk aan de muur (1)

Tijdens de Glühwein-borrel van de Kunstuitleen in Huizen keek ik weer eens rond tussen de daar uitgestalde kunstwerken. Veel daarvan zijn gemaakt door mij goed bekende kunstenaars uit Huizen en omgeving. Ik vind niet alles mooi, maar veel ervan wel. Mijn oog bleef rusten op een groot schilderwerk van Ivan Mijatovitch, een schilder die ik persoonlijk ken en wiens werk ik altijd tijdens de jaarlijkse Atelierroute volop, uitgebreid bewonder. Zijn schilderijen doen mij iets, de felle kleuren, de techniek, de vaak erg dik aangebrachte verflagen.... De laatste keer had ik lang naar dit werk van hem, Machu Picchu, staan kijken en had zelfs overwogen het te kopen. Ik had nog wel wat twijfels. Zou het passen in mijn huiskamer, kwam het goed uit op de toch niet al te grote muur? A thing of beauty is a joy forever, jawel, maar op een gegeven moment wil je toch wel weer eens tegen iets anders aankijken misschien.

's Avonds in bed drong het pas goed tot me door dat dit natuurlijk een prachtige kans was zo'n mooi schilderij bij mij aan de muur te krijgen. Voor een luttel bedrag per maand kon ik het huren en in het onwaarschijnlijke geval dat het toch tegen zou vallen, kon ik het zo weer vervangen. Nu is het met dat soort dingen vaak zo dat wanneer je eenmaal een besluit hebt genomen, het ook zo snel mogelijk ten uitvoer wilt brengen. De volgende morgen belde ik meteen Lucille van de Kunstuitleen en vroeg haar met klem Ivan even een paar dagen voor mij vast te houden. Ik kon pas na het weekend naar de Praxis en moest daar nog wat ophangmateriaal kopen. Maandagavond stuurde ik haar het volgende gedicht:

eerst naar de winkel gaan
en kopen wat je nodig hebt
of nodig denkt te hebben.
de boor erbij, het waterpas,
een schroevendraaier, hamer, tang, plamuurmes.
dat is wel wat je hebben moet
om het karwei echt goed te kunnen klaren.

hard werken, spanning, twijfel, vrees.
zal het nu wèl, of zal het niet zo goed gaan?
hangt het niet scheef, zit het goed vast?
is het precies geworden zoals ik het wilde hebben?

en als het klaar is allemaal
dan rest er nog maar slechts één ding.......
het ongeduldig eind'loos wachten.

het lijkt waarachtig wel of ik
een kamer inricht voor de nieuwe baby.
enfin...... het is nu klaar.
dus laat de kleine nu maar komen.

welkom straks
kleine, grote Ivan!
ik wacht op je.......
kom nu maar gauw.

maandag 20 december 2010

Gedichtje


alles wat ik vast kan houden
heb ik
of kan ik kopen,
maar ach, wat is het waard
als je dat ene mist
die kleine kaars
die heel je leven kan verwarmen en verlichten
die kleine kaars
die Liefde heet.


zondag 17 oktober 2010

Kaartlezen (2)

Soms lokken mijn stukjes reacties uit. Een vrouw die reageerde met de opmerking dat ik 'alle vrouwen gelijk schakelde met één eigenwijze tante'. Opvallend veel reacties kwamen van mannen die het 'zeeeeeeeeer herkenbaar' vonden. Ach......., natuurlijk moet je niet generaliseren, maar het is toch echt wel zo dat mannen en vrouwen op bepaalde punten anders zijn. Natuurlijk, er zijn altijd uitzonderingen op de regel. Ik ken de vrouw die reageerde goed en ben ervan overtuigd dat zij wèl een kaart kan lezen. Ik bewonder haar om de verre reizen die zij nog steeds op gevorderde leeftijd maakt.

Gelukkig is er nu de TomTom........... De meeste mannen laten zich nu graag leiden door een vrouwenstem.

maandag 11 oktober 2010

Kaartlezen.

Vrouwen kunnen niet kaartlezen. Dat is niet zo erg, want zij kunnen weer andere dingen, waar wij mannen het moeten laten afweten, zoals het ter wereld brengen van nageslacht, maar het vervelende is dat ze wel altijd precies menen te weten hoe je ergens naar toe moet gaan. Terwijl jij dus ingespannen op de kaart met veel te kleine lettertjes zit te turen, bestoken zij je voortdurend met vragen en opmerkingen als 'Waar ga je nu toch naar toe?' of 'We gaan helemaal de verkeerde kant uit, hoor'. Als je dan tegenwerpt dat je volgens de kaart toch echt linea recta op je doel afrijdt, presteren ze het nog om op besliste toon te zeggen 'Dan deugt die kaart niet.' Wanneer je uiteindelijk trillend van de hevig getergde zenuwen een foutje maakt en een keer verkeerd afslaat, kunnen ze triomfantelijk uitroepen: 'Zie je wel..... ik zei toch al dat we helemaal verkeerd gingen.....'

Iets dergelijks overkwam mij gisteren. Zoals ieder jaar reed ik met veel plezier de Atelierroute in Huizen. Je gaat dan op de fiets van adres naar adres om de schilder- of beelhouwwerken van Huizer kunstenaars te bekijken en eventueel te bewonderen. Voor mij is dat een jaarlijks terugkerend feestelijk gebeuren en dit jaar was het nog plezieriger vanwege het uitzonderlijk mooie weer. Een vriendin had voorgesteld samen op pad te gaan en natuurlijk stemde ik daar mee in. Gedeelde vreugd is immers dubbele vreugd. Meestal heb je allebei voor dezelfde kunstenaars belangstelling en een enkele keer moet je wel eens op de ander wachten, maar wat geeft dat. Je hebt tenslotte het hele weekend de tijd.

Gisteren ging het mis. Na een aantal adressen volgzaam achter haar aangereden te hebben, zei ze: 'Nu mag jij het zeggen.' Ik koos een adres uit en plande op het kaartje dat alle deelnemers krijgen, de route er naar toe. Met het kaartje in de hand, mijn aandacht verdelend tussen verkeer en routeplanning, reden we er op af en ja hoor... daar gingen we weer: 'We gaan verkeerd hoor.....', 'We moeten helemaal niet die kant op...'.

Vrouwen kunnen, zoals bekend, heel goed een aantal dingen tegelijk doen, zoals fietsen en ondertussen zeuren, maar mannen kunnen maar één ding tegelijk, dus mijn irritatiedrempel werd al snel overschreden. Op een punt waar ik linksaf wilde slaan reed zij halsstarrig rechtdoor. Om de toch al wat getemperde sfeer niet verder te verzieken, volgde ik maar. Toevallig kwamen we langs een ander adres, waar we toen maar aanlegden. Daarna moesten we nog naar het adres waar we naar op weg waren. 'Zeg jij het maar' zei ik, 'je wist toch hoe we moesten rijden.' Vervolgens reden we de hele wijk door en zagen alle straten en straatjes behalve de straat waar we zijn moesten. Uiteindelijk gaf ze het op en reed in rap tempo de wijk uit. 'Ik ga naar die-en-die...' riep ze zonder enig overleg. Ik pas me meestal gemakkelijk aan aan anderen, maar er zijn grenzen. 'Oké' zei ik, 'veel plezier.' en sloeg een andere weg in. 'Bekijk het maar......' dacht ik, heel toepasselijk.

zaterdag 21 augustus 2010

Marktplaats.nl (2)

M'n zus had ook een mooi Marktplaats-verhaal. Ook zij biedt daar veel spullen te koop aan en wanneer één van ons een leuke 'klapper' heeft gemaakt, bellen we elkaar daarover. Toen ik haar 's avonds laat nog belde, ik mòest gewoon mijn verhaal over de stoelen even kwijt, vertelde zij dat ze een paar dagen daarvoor een stapel kookboeken verkocht had. Kookboeken doen het heel slecht in de verkoop, dus ze was al blij met een bod van 5 euro. Met wat heen en weer gemail wist zij er nog een paar euro bij te krijgen. Dat soort pakketten kosten al 6,75 euro aan verzendkosten en dat maakt het voor de kopers ook al niet aantrekkelijk, maar deze bieder zei dat hij de boeken wel zou komen ophalen.

Mijn zus stuurde hem haar adres en wat later kreeg ze een telefoontje dat de man de boeken graag wilde komen halen. Toen kwam de grote verrassing: de koper bleek bij haar achter te wonen. De achtertuinen grensden aan elkaar en ze hoefden dus alleen maar allebei even tot achter in de tuin te lopen om boeken en geld uit te wisselen.

vrijdag 20 augustus 2010

Marktplaats.nl (1)

Toen ik onlangs een nieuwe eetkamertafel met bijbehorende stoelen had aangeschaft, zette ik mijn dertig jaar oude tafel en stoelen op Marktplaats te koop. Het was een oerdegelijke Oisterwijk-set van donkerbruin eikenhout in een kwaliteit die niet meer gemaakt wordt tegenwoordig. Ik vermoedde dat er wel belangstelling voor zou zijn, want het tafelblad was van zo'n kleine vier centimeter dik massief eiken en als iemand hem al niet als tafel wilde gebruiken, dan was het wellicht interessant voor een knutselaar die zelf meubels maakt of zo. Mijn vermoeden bleek juist, want de tafel was snel verkocht. De stoelen hoefde de man er niet bij te hebben. Het ging hem om de tafel en vooral om dat mooie dikke tafelblad.

Ik bleef dus met de stoelen zitten. Die verkoop je niet meer; ik was van plan ze naar de stort te brengen, maar zette ze toch nog maar even op Marktplaats, want je wist maar nooit.... Lange tijd kwam er geen enkel bod en ik had de Kringloop al gebeld dat ze ze, samen met een goedwerkende koelkast, konden komen ophalen. De avond daarvoor kreeg ik een mailtje van iemand die vroeg of ik de stoelen nog had. Ik antwoordde bevestigend, maar zei er bij dat hij die avond nog moest beslissen, omdat ik er anders een andere bestemming voor had. Geen antwoord.

De volgende dag kwam de Kingloop en ze namen de koelkast mee, maar lieten de stoelen staan. De leuningen zaten los en ze hadden duidelijk gebruikssporen. Onverkoopbaar, was hun oordeel. Dus dan maar naar de stort, want van die ene bieder zou ik wel nooit meer iets horen....

Juist toen ik het grootvuil wilde gaan bellen kreeg ik weer een mailtje van de man die eerder gereageerd had. Wat mijn uiterste prijs was. Ik had een tientje in mijn hoofd, maar liet hem bieden. Hij mailde terug... 25 euro en donderdagavond wilde hij ze komen ophalen. Ik haalde snel de stoelen, die al buiten stonden, klaar voor de stort, naar binnen, want het zou die nacht gaan regenen.

Donderdagavond stonden ze voor de deur.... uit Groningen. Ze waren erg gelukkig met de stoelen die al een paar keer bijna bij de Kringloop en bijna bij de stort waren terecht gekomen. De 'onverkoopbare' stoelen hadden toch nog 25 euro opgeleverd.

zondag 15 augustus 2010

Kopen en vervangen

De laatste tijd ben ik behoorlijk aan het kopen en vervangen. Eerst werden de oerdegelijke, maar wat donkerbruine Oisterwijk eetkamertafel met bijbehorende stoelen, vervangen door een hopelijk net zo degelijke, maar nu lichteiken tafel met stoelen. Vervolgens kwam er een nieuw tuinameublement. Het behoorlijk gedateerde witplastic werd vervangen door aluminium. Daarna kwam het grote werk aan de beurt.... de vloer in de keuken was nodig aan vervanging toe. En ja, van het één komt het ander.

Ik vond na lang zoeken precies de juiste kast die de meer dan dertigjaar oude spaanplaat-met-wit-formica-kast kon gaan vervangen. Het was eigenlijk een kast voor in de huiskamer, maar waarom zou zo'n mooie kast ook niet in de keuken kunnen staan?! De oude koelkast paste niet meer in de nieuwe opstelling, dus... ook maar vervangen.

De met vinyl bedekte vloer van de keuken was wat viezig en niet meer goed schoon te krijgen. Vervangen dus maar door een laminaatvloer met een licht tegelmotief. En dan de gang er ook maar meteen bijtrekken. Dat is wel mooi, zo'n vloer die drempelloos doorloopt.

Ach, iedereen vervangt wel regelmatig iets in zijn huis. Dat is niet zo bijzonder. Voor mij heeft het echter wel een heel bijzondere betekenis. Twee jaar lang leefde ik alleen in het huis dat Ans en ik samen hadden ingericht. Ik vond het wel goed zo en had geen zin er iets aan te veranderen. Een ander behangetje? Nieuwe meubels? Vloerbedekking? Ach kom, voor wie zou je het doen?????

Ik heb nu een antwoord op die vraag. Voor mezelf natuurlijk! Ik kan, als het een beetje meezit nog jarenlang hier blijven wonen. Het is dus alleszins de moeite waard om het te doen. Voor mij! Ik ben bezig er mìjn huis van te maken met mìjn meubelen, mìjn spulletjes, een door mìj uitgezochte keukenvloer. Dit is nog maar het begin. Ik heb al een leuke bank gezien en heb vergevorderde plannen die te gaan kopen. En daarna.....

donderdag 5 augustus 2010

Twee jaar geleden


Elke keer
dat het hart huilt
om wat zij heeft verloren,
glimlacht de geest
omdat zij weer een stukje wijzer is geworden.



dinsdag 3 augustus 2010

Een drukke, stille week

Net zoals aan de Paasdagen een Stille Week voorafgaat, heb ook ik nu mijn stille week. Aanstaande donderdag is het twee jaar geleden dat Ans overleden is en de week die daaraan vooraf gaat, deze week dus, is vol herinneringen en momenten om bij stil te staan: de donderdag van het overlijden, 's morgens in alle vroegte; de woensdag die wij, mijn twee zonen, schoondochter en ik, in het ziekenhuis wakend hebben doorgebracht aan haar bed; de dinsdag, toen ik met Ans in een rolstoel nog een wandeling maakte door een zonnige Naarderheemtuin, niet wetend dat het de laatste keer zou zijn. De dagen daarvoor, waarop zij nog moest wennen aan haar kamer in het Naarderheem, de plek waar zij zoveel jaren gewerkt had als receptioniste en waar zij nu lag als een doodzieke patient.

Juist in deze weken ben ik iedere dag keihard aan het werk om de keuken te verbouwen. Nieuwe kast, nieuwe vloer, andere koelkast, afzuigkap, alles opnieuw geschilderd..... Het is hààr keuken. Wat zou ze het heerlijk gevonden hebben in die totaal vernieuwde keuken aan de slag te gaan. Als ik aan het werk ben denk ik steeds aan haar. Donderdag neem ik even vrijaf. Dan ga ik naar de plek waar haar as verstrooid is om haar een bloemetje te brengen.

zondag 1 augustus 2010

Bouwvakvakantie

Het is bouwvakvakantie in het midden van het land, maar dat zou je in mijn huis niet zeggen. Bouw- en verbouwingsactiviteiten alom. Het schiet niet echt op, want iedere keer dat er een klusje gedaan is, komt er steeds weer een ander bij. Het is een bekend verschijnsel: je zet een bloemenvaasje in de huiskamer en ontdekt dat de tafel vervangen moet worden. Dan staat het behang er niet meer bij. De gordijnen kleuren niet meer bij het behang. Het bankstel is wat ouderwets bij de gordijnen, enfin.... voordat je het weet ben je je hele huis aan het vernieuwen.

Iets dergelijks speelt zich nu bij mij in huis af. Het begon met een nieuwe kast voor de keuken. Na lang zoeken had ik hem gevonden. Precies de goede maat; hij paste precies waar ik hem wilde hebben. Maar zo'n mooie nieuwe kast wil je niet op een vieze, oude vloer zetten, dus moet er laminaat komen (waarom trek je de gang er ook niet even bij, opperde Guido en ja.... waarom niet eigenlijk?). Dan eerst het plafond en de muren schilderen, want dat kun je beter niet met nieuwe vloerbedekking doen. Schilderen van een plafond geeft altijd vlekken op de vloer. En zo haalt het één het andere uit.

Vandaag wat elektrische leidingen omgelegd, want die liepen via de nis waar de nieuwe kast komt te staan. Dat haalt het zicht op de kast naar beneden natuurlijk, dus weg met die dradentroep! De stroom voor het zonnescherm haal ik nu uit de schuur en een achterdeurbel is vervangen door een draadloze (er begint nu een hond te blaffen wanneer je op de bel drukt). Ondertussen zijn er zoveel gaatjes in het houtwerk tevoorschijn gekomen dat die dichtgesmeerd moeten worden, waarna al het houtwerk opnieuw geschilderd moet worden.

De kast staat reeds op mij te wachten. De laminaat is uitgezocht (heel mooi vind ik) en wordt dinsdag besteld. Een nieuwe koekkast/vriezercombinatie is eveneens uitgezocht. De losse koelkast en vriezer kan ik niet meer plaatsen. Guido gaat helpen bij het laminaat leggen, of beter gezegd... ik help hem bij het leggen. Ondertussen is het een gigantische troep in de huiskamer. Kamperen in mijn eigen huis. Sommigen leven maandenlang in deze omstandigheden... ik had een week ingecalculeerd, maar het gaat ook wel effe langer duren, ben ik bang. Maar het knapt wel op.


Het muurtje achter de koelkasten is groen en moet ook nodig wit gemaakt worden. Dat ik nog nooit gezien had dat dat groen er vreselijk gehavend uitziet! Maar om er bij te kunnen moet ik een koelkast, diepvriezer en magnetron weer een ander plaatstje zien te geven..... Waar in hemelsnaam. In de huiskamer dan maar weer.....
Help!!!!!!!!

zondag 18 juli 2010

Engeltje of duiveltje?

Je komt ze nog wel eens tegen in stripverhalen: een engeltje en een duiveltje die, gezeten op de schouders van een van de hoofdrolspelers, hem beurtelings hun raadgevingen in de oren fluisteren. De hoofdpersoon valt ten prooi aan vertwijfeling. Naar wie moet hij luisteren? Eigenlijk naar het engeltje natuurlijk, maar het duiveltje weet het zo mooi en verleidelijk te brengen.....


Zo voel ik mij ook nu mijn buik weer abominabele proporties heeft aangenomen. Dat komt ergens vandaan natuurlijk. Gewoon veel te veel eten en vooral te veel snoepen en snaaien.

Het engeltje op mijn schouder zegt nu: Stoppen met dat snoepen. Je kunt best zonder. De beloning is groot: een fraaie, platte stevige buik waar je trots op kunt zijn. Even doorbijten, zo erg is het niet...

Het duiveltje op de andere schouder grijnst, en fluistert in mijn andere oor: Wat kan jou die buik nou schelen? Je moet van het leven genieten. Lekker eten. Lekker snoepen. Straks ga je dood, gezond en met een platte buik, maar zonder van al dat lekkers genoten te hebben.

Wie gaat er winnen? Voorlopig het duiveltje. Mijn verjaardag komt eraan en ik kan het niet opbrengen niet mee te snoepen met de gasten.

En daarna...............? O, wat is het leven soms moeilijk!

(c) foto: anoniem, internet.

woensdag 14 juli 2010

Oorwurm

Soms heb je zo'n melodietje dat de hele dag in je hoofd blijft doordrenzen. De Engelsen noemen het een earworm, een oorwurm dus. Of er een Nederlandse uitdrukking voor bestaat zou ik niet weten.

Waar ik ook stond, zat of ging, steeds klonk weer het melodietje in mijn hoofd: pom pom pojem, pom pom pom pojem, pom pom pom pom... pom pom!

Hoe heette dat liedje nou toch, waar kende ik het van, waar had ik het eerder gehoord??? Ik had echt geen idee, kon er met de beste wil van de wereld niet opkomen. Pom pom pojem...... Tot ik de televisie aanzette en het sterblok over mij heen kreeg. Pom pom pojem..... daar had je hem. Het was die reclame met een behoorlijk gekke man die het plastic emmertje van een of ander toetje als een hoedje op zijn hoofd zet en steeds maar iedereen verzekert dat het feest is.

Wat kan zo'n reclame diep doordringen in een mensengeest! Maar is zij ook effectief? Ik weet het niet.... ik ken nu het liedje, weet dat het te maken heeft met een toetje, zie die rare man zo voor me, maar wat de naam van dat toetje was? Geen idee.

dinsdag 13 juli 2010

Voeballuhhhh! (2)

Kan het nog gekker? Meestal vier je een feestje wanneer je iets gewonnen of behaald hebt, een wedstrijd of een diploma. In Nederland worden voetballers die na een paar spelletjes uiteindelijk jammerlijk verloren hebben, door MP en koningin als helden ontvangen, geridderd, rondgevaren door de grachten en toegejuigd door honderdduizenden malloten, samengestroomd op een plein.

Ik ben geen voetbalkenner en dat wil ik zo houden ook, maar deskundigen om mij heen zeggen unaniem dat die laatste wedstrijd slecht en onsportief gespeeld werd, met een regen aan gele kaarten. Ook buitenlandse kranten hebben geen goed woord over voor de rol van Nederland in deze wedstrijd.

Het maakt dus niets meer uit of je wint of verliest en zelfs niet eens hòe je verliest. Het gaat gewoon om dat feestje. Volgende keer bij een WK dus gewoon de voetballers thuis laten en meteen een feestje organiseren op het Museumplein. Scheelt in ieder geval een heleboel verkwiste televisiezendtijd, voorbeschouwingen, nabeschouwingen, analyses, herhalingen, oeverloos-gelulprogramma's, enz. enz. enz. Gekker kunnen we het niet maken, eenvoudiger wel.

zondag 11 juli 2010

De Vraag.

In het begin wordt je de vraag tot vervelens toe gesteld.
Daarna wordt het minder.
Later nog minder.

En na een jaar gebeurt het nog een enkele keer,
na twee jaar
nooit meer.

Niemand meer
die vraagt:

Hoe gaat het nu met je?

(en dan niet als een beleefdheidsfrase
maar uit een welgemeende interesse.)

Voor een rouwproces bestaat een afgemeten tijd. De eerste tijd mòet je rouwen; het wordt je zelfs kwalijk genomen wanneer je dat nìet doet. 'Dan heeft hij zeker nooit echt om zijn vrouw gegeven...'

Al vrij snel vindt men dat je de draad toch weer moet oppakken, dat het leven verder gaat, dat je het zo goed redt alleen. Alle blahblah wordt uit de kast gehaald. De vraag wordt soms nog wel een keer gesteld, maar voordat je een eerlijk antwoord hebt kunnen geven wordt er overheen gepraat, doodsbang dat het wel eens negatief zou kunnen uitvallen.

En na twee jaar.......



dan moet het maar eens over zijn.

Er is nog zoveel moois in het leven, zeggen ze dan, je hebt toch nog je kinderen/kleinkinderen/huis/vrienden/computertje/gezondheid en vul maar in.

Jawel, ik heb dat allemaal, maar er is twee jaar geleden een gat in mijn leven gevallen en dat gat is er nog steeds. Het laat zich niet dichten door de tijd.

zaterdag 3 juli 2010

Voeballuhhhh!

Als ik èrgens verschrikkelijk, ontzettend, vreselijk de pest aan heb dan is het wel aan voetbal. In het bijzonder aan het WK voetbal, en nog meer in het bijzonder aan de ronduit beschamende gekte daar omheen.

Ik kan me met de beste wil van de wereld niet verplaatsen in de geesten van de mensen die voetbal leuk vinden, die zich opwinden tijdens een wedstrijd, die uit hun bol gaan wanneer 'hun' club gewonnen heeft. Of Nederland nu wint of verliest, het zal me een worst wezen en ook nog eens een bolle zorg zijn, hoewel.... ik hoopte stiekem vanaf de eerste wedstrijd wel al dat ze zouden verliezen, des te eerder zou de ergste gekte immers voorbij zijn?!

Een stel min of meer volwassen kerels die in hun korte broek achter een bal aan lopen te rennen! Op het trapveldje voor je huis met je kinderen is dat oké, maar dat doe je toch niet voor het oog van de wereld! Het zal je vader maar zijn die daar over het veld gaat, de volgende dag durf je toch niet meer naar school toe!

'WIJ hebben gewonnen.' brult heel Nederland als een gek na zo'n wedstrijd. Wie zijn die 'wij' dan wel? Die dikbuikige huisvader die met bier en chips onderuitgezakt op de bank tv zit te kijken? Die kittige vrouwtjes die er niet over zullen denken ook maar een klein trapje tegen een bal te geven met hun glanzende pumps? De randdebielen die toeterend en schreeuwend door het dorp trekken? WIJ hebben helemaal niks gewonnen. Het zijn die elf jongen op het veld die gewonnen hebben. Gewoon, een spelletje. Moeten wij ons daarover nu zo opwinden?

Wanneer er nou nog eentje bij was die een verre achterneef van mij was of iemand die in de straat woonde. Misschien zou ik het dan wellicht, eventueel, een heel klein beetje leuk voor hem vinden als zijn club gewonnen had. Maar al deze kerels zijn vreemden voor me. Ik ken ze niet en ik wil ze ook niet kennen, want ik heb helemaal niks met ze. Het verheugt mij bijvoorbeeld oneindig veel meer wanneer mijn zesjarige kleindochter heeft gewonnen met hockey!

Natuurlijk besefte ik al op jonge leeftijd dat ik afwijkend gedrag vertoonde en ik heb dan ook echt mijn best gedaan erbij te gaan horen. Met een groepje 'sportliefhebbers' schaarde mij op de bank en deed net of ik het leuk vond. Tijdens het orgastische gebeuren om mij heen viel ik halverwege de wedstrijd in slaap. Het kon mij totaal niet boeien. Zo saai..... Al die wedstrijden waren toch allemaal precies hetzelfde, alleen de kleur van de shirtjes verschilde. En als je een bal richting doel schoot dan kon hij landen naast de palen (de meeste kans) er tussen in (kleine kans) of precies tegen een paal (nog kleinere kans, dus van mij zouden ze daar twee punten voor mogen geven, maar dat gebeurde dan weer niet). Zo simpel was het.

Mijn pogingen 'normaal' te worden hebben niet mogen baten. De enige troost is dat er honderdduizenden zijn zoals ik. Alleen...... zij verdrinken in het gewoel en gejuich om hen heen en hun stem wordt niet gehoord. Het enige dat er op zit is geduldig wachten totdat het allemaal weer voorbij zal zijn. Totdat WIJ gewonnen zullen hebben of ZIJ verloren.

woensdag 30 juni 2010

Geheel vernieuwd!

Het zal de trouwe bezoeker van deze Blog opgevallen zijn: het uiterlijk van Henc's Blog is helemaal vernieuwd. En dan ook nog een geheel nieuwe blog: Henc's Vrije Blog (zie hieronder). En ja............ de eerste lezer hiervoor heeft zich reeds aangemeld!

Henc's Vrije Blog

Al geruime tijd houd ik de weblog 'Henc's Blog' bij. Ik deed en doe dit altijd met veel plezier, maar voelde ook de beperkingen. Ik heb soms nogal uitgesproken meningen en opvattingen op het gebied van politiek, religie, seks en andere min of meer gevoelige zaken. Ik wilde ze niet op mijn Blog zetten omdat die voor iedereen toegankelijk is en er zijn onder mijn kennissen zeker mensen die zich gekwetst zouden kunnen voelen.

Ik hecht er grote waarde aan open en bloot voor mijn opvattingen uit te komen. Daarnaast wil ik ook niet anderen daarmee onnodig pijn doen. Een dilemma waar menig schrijver mee worstelt, lijkt mij.

De oplossing vond ik in een nieuwe blog, 'Henc's Vrije Blog', die lezers alleen toegang geeft op hun eigen verzoek. Zij nemen daarmee ook het risico geconfronteerd te worden met opvattingen die niet de hunne zijn. Ze moeten dan niet zeuren. Ze zijn immers gewaarschuwd.

Lezers van mijn blog die toegang willen krijgen tot 'Henc's Vrije Blog' kunnen een mailtje sturen naar:


Het e-mail adres van de aanvraag wordt gebruikt als toegangsnaam.

dinsdag 29 juni 2010

Veilig verkeer

Vanmiddag reed ik op de fiets naar de Praxis toen ik niet ver bij mij vandaan hoorde roepen: 'Hé hallo, meneer!' Ik keek opzij en zag de witte politieauto staan. Het raampje aan mijn kant was omlaag gedraaid en daarachter was het gezicht van een jonge vrouw die gemakkelijk mijn dochter en met wat goede wil ook nog wel mijn kleindochter had kunnen zijn. Gelukkig was zij dat niet, want ze was zo lelijk als de nacht.

Op zo'n moment gaat er van alles door je heen. Heb ik iets verkeerd gedaan en zo ja wat? Geen achterlichtje? Onzin, het was klaarlichte dag. Teveel gedronken? Nog geen druppel op dat tijdstip. 'U moet uw hand uitsteken wanneer u de bocht omgaat.' sprak zij bars.

Nu ben ik iemand die soms zelfs al zijn hand uitsteekt wanneer het fietspad alleen maar een flauwe bocht naar links of rechts, maakt, gewoon uit een soort automatisme, maar ik zat op dat moment te bedenken wat ik bij de Praxis halen moest, dus het zou wellicht, misschien, eventueel mogelijk kunnen zijn dat ik het dit keer vergeten had, maar is deze overtreding het waard om mij te volgen, je auto te laten stoppen, het raampje omlaag te draaien en iemand die je opa had kunnen zijn te berispen? Ben je dan niet gewoon verschrikkelijk zeikwijferig bezig?

Natuurlijk zou je dan het liefste willen vragen of die kerel van haar gisteravond soms weer hoofdpijn had, maar dat doe je niet en met een oprecht gezicht beloofde ik haar daar de volgende keer op te zullen letten. Tevreden reden zij verder.

zondag 6 juni 2010

Slecht nieuws

Naast geboorte-, trouw- en overlijdingsdata zijn er meer dagen die voor altijd in je geheugen gegrift blijven. Voor mij is dat de dag van vandaag, 6 juni. Twee jaar geleden kregen we op het ziekenhuis de uitslag te horen van onderzoeken die Ans had ondergaan omdat ze zich zo vreselijk moe voelde en erge pijn in haar rug had. Het werd een 'slecht-nieuws-gesprek'.

Onze oudste zoon was meegegaan 'voor het geval dat....' Het leek mij wat overdreven. Onderzoeken vielen altijd mee, waarom zou dat dit keer niet zo zijn?! Oké, ook om ons heen kwam het regelmatig voor dat iemand zomaar plotseling ernstig ziek werd en overleed, maar dat gebeurt toch altijd alleen bij anderen? En Ans had nog maar kort daarvoor vier dagen achter elkaar delen van de Pieterpadroute gewandeld! Het leek mij beter dat hij in de wachtkamer zou blijven zitten zodat we niet met een hele optocht de spreekkamer binnen zouden wandelen. Ik kon hem dan altijd even ophalen wanneer dat nodig bleek.

Al na enkele zinnen van de specialist bleek dàt het nodig was. 'Is het beter dat we onze zoon erbij halen?' vroeg Ans. 'Ja, dat zou ik maar even doen.' antwoordde de arts. 'Het is ernstig, Guido' zei ik toen ik mijn zoon erbij haalde, 'Hòe erg het is weten we nog niet, maar het is ernstig.'

De ziekte van Kahle. Het woord 'kanker' werd nog vermeden. Er zijn behandelingen mogelijk. Je kunt er van genezen. Als terloops vallen de woorden 'chemo', 'pruik', 'pijnstillers'. Dit kàn niet. Zijn we in een nare droom beland?

Terug in de auto is het stil; ieder verzonken in gedachten.
Het blijft stil. Wat moet je in hemelsnaam zeggen na zo'n bericht?
.........................

donderdag 3 juni 2010

Zeer beruchte lieden.

Het uitzoeken van de genealogie van je familie is geenszins een dorre bezigheid. Je komt al snel allerlei interessante en, in het licht van deze tijd, amusante feiten tegen. Mijn stief-grootvader, de tweede vader van mijn vader, droeg de prachtige namen Hendricus Carolus Franciscus Fundter de Beauchene en was van 1896 tot 1932 werkzaam bij de Haagse politie. Aanvankelijk als inspecteur 3e klasse, maar omdat hij volgens de rapporten 'regelmatig geprezen werd om zijn activiteit, plichtsbesef en persoonlijke moed' verliet hij uiteindelijk de dienst als Hoofdinspecteur.


Ik ben in het bezit van enkele tevredenheidsbetuigingen van de Hoofdcommisaris van Politie, waarin beschreven wordt op welke gronden mijn grootvader zijn promoties verdiende. Hij blonk bijvoorbeeld uit bij 'de aanhouding van twee brooddieven, zeer beruchte lieden die in vereniging met nog drie anderen en vergezeld van een grooten hond baldadigheid pleegden.' En ook bij het 'op signalement aanhouden van eene hem onbekende vrouw, verdacht van straatroof, zoomede haar handlanger.

Op grond van deze wapenfeiten bepaalde de hoofdcommissaris dat 'hem deswegen eene beloning van 10 gulden zal worden uitgereikt', en dat 'deze order op drie achtereenvolgende appèls zal worden voorgelezen.'

woensdag 2 juni 2010

Zo simpel, en toch.....

Het is een bekend verschijnsel waar vast wel een interessant klinkende wetenschappelijke naam voor zal bestaan: ter zake kundige lieden staren zich helemaal blind op een probleem terwijl iemand die er niet of nauwelijks verstand van heeft even terloops de oplossing aanreikt. Mij overkwam kort geleden zoiets.

Ik help regelmatig mensen met computerproblemen. Niet zo vaak meer als vroeger, want op een gegeven moment was ik alleen nog maar bezig met het oplossen van de problemen van anderen, terwijl die van mijzelf vaak bleven liggen. Bovendien is mijn ervaring dat mensen in computernood wel eens wat al te gemakkelijk de hulp van deskundigen inroepen en dat zij, wanneer je ze maar een tijdje zelf laat aanmodderen er heus zelf ook wel uitkomen. Vroeger legde ik, wanneer iemand mij belde omdat de computer zo raar deed, al mijn werk meteen opzij en sprong op de fiets. Tegenwoordig is mijn agenda altijd vol en heb ik een standaardwachttijd ingesteld van twee dagen. In de helft van de gevallen word ik voor die tijd al gebeld dat de problemen 'uit zichzelf' verdwenen zijn, of dat ze zelf al hebben ontdekt wat er mis was. Toen onlangs mijn hulp werd ingeroepen voor een computerprobleem dat er zeer ernstig uitzag, hield ik dan ook in eerste instantie de boot af.

Degene met dit probleem was dus genoodzaakt zich er zelf in te verdiepen en, ik kan niet anders zeggen, ze deed dat op een voortreffelijke wijze. Ze ontdekte zelf dat alle ellende veroorzaakt werd door een verkeerde upload van het antivirusprogramma McAfee, en had al een cdrom besteld waarmee het probleem zou kunnen worden opgelost. Prima gedaan allemaal. Alleen het laatste stukje kreeg ze niet voor elkaar: het opstarten vanaf de cdrom. Daarvoor moeten bepaalde instellingen van de computer worden veranderd en ze wist niet hoe dat moest. Ik ging haar daarbij helpen. Een fluitje van een cent.

Al gauw zat ik in de z.g. Bios, waar de instellingen veranderd moesten worden. Met de pijlentoetsen manoeuvreerde ik naar de cdrom-speler. Nu moest ik die in de lijst 'omhoog brengen'. Vrijwel altijd doe je dat met de Pgup en Pgdn toetsen, maar in dit menu stond vermeld dat daarvoor de U/D toetsen moesten worden gebruikt. Wederom een interessant psychologisch verschijnsel: wanneer je niet ziet wat je verwacht te zien, wordt je blind voor alles wat je wel ziet. Waar zaten nou toch in hemelsnaam de U/D-toetsen?! Enigszins van slag keek ik beurtelings van het beeldscherm naar het toetsenbord. Een licht gevoel van paniek maakte zich van mij meester. Toen merkte de 'leek' die naast mij zat droogjes op: 'Misschien bedoelen ze de lettertoetsen U en D.' En ja..... natuurlijk.... zo simpel was het: Up en Down.

De recovery-cd ging in het laatje. Achterover leunend in onze stoelen zagen we hoe het systeem werd hersteld en enkele minuten later liep haar computer weer als een treintje. Soms is het wel eens gemakkelijk wanneer je niet gehinderd wordt door al te veel kennis van zaken.

(Deze tekst is ook gepubliceerd als column in de PHCC-Nieuwsbrief.)

dinsdag 1 juni 2010

Mijn eerste.....

Mijn eerste echte verkering, liefde is waarschijnlijk een te groot woord, heette Ineke. Ik zat samen met haar op de Kweekschool voor Onderwijzers, in de eerste klas. Wij deden iets wat in die tijd nog heel ongebruikelijk was: tijdens alle lessen die wij volgden zaten wij samen naast elkaar in één bank. Een jongen en een meisje samen, dat was zeer ongewoon; wij waren de enigen die dat durfden.

Met Ineke heb ik iets meegemaakt dat ik hier nauwelijks durf te vertellen. Slechts het feit dat ik mijn lompheid heb ingezien en er oprecht berouw van heb, maakt dat ik het, met heel veel schroom, hier toch maar zal opbiechten. Ik kan het verklaren ook: het was de enorme schrik die mij deed reageren zoals ik toen reageerde toen wij op een avond samen ergens naar toe gingen en zij bij mij achterop mijn nieuwe fiets zat. Volkomen onverwacht werden wij aangereden door een brommer. We lagen allebei naast elkaar op de grond, mijn gevallen fiets tussen ons in.

Boog deze ridder zich bezorgd over zijn geliefde heen om te kijken of zij zich bezeerd had en hielp hij haar overeind? Neen, hij maakte zich zorgen of zijn fiets de botsing had doorstaan en pas toen hij zag dat dat het geval was en Ineke al weer op de been stond, besteedde hij enige aandacht aan haar. Het was dan ook volkomen terecht dat Ineke het een paar dagen later uitmaakte. Iemand die zich in dit prille stadium al zo hufterig gedroeg, dat kon toch nooit wat worden?!

Nu zag ik vandaag dat zij zich op Schoolbank.nl heeft ingeschreven. Ik heb haar een kattebelletje gestuurd: 'Herinner je je mij nog?'. Meer is mij niet toegestaan als 'gewoon' lid. O lieve Ineke, reageer alsjeblieft op mijn berichtje en geef mij, na al die jaren van wroeging, de kans mijn verschrikkelijke blunder van toen goed te maken.

maandag 31 mei 2010

Fanny.


Fanny is niet meer. Fanny Kiezenberg, de Huizense beeldhouwster die ik nog maar kort geleden op een film aan het werk zag. Samen met enkele leerlingen ging ze met hamer en beitel een geweldig stuk steen te lijf. We zagen hoe langzaam de vormen tevoorschijn kwamen. De vormen van een gracieuze vrouw. Beeldhouwen is zwaar werk; je hebt er kracht voor nodig. Met een beetje ondeugende glimlach vertelde ze hoe heerlijk ze het vond haar hand over de gladde, ronde billen van haar creatie te laten gaan. Een krachtige, stoere vrouw die zoveel tederheid in haar had dat ze de warmte van het harde steen kon ervaren. Wie had toen kunnen denken dat maar een korte tijd later deze vrouw het slachtoffer zou worden van een slopende ziekte?!

Wanneer een kunstenaar als zij dood gaat, heeft zij één groot voordeel: zij leeft verder in al het moois dat zij gemaakt heeft. In het Kunst- en Cultuurcafé van Huizen hadden we al afscheid genomen van haar. Toen zij, in rolstoel, de Boerderij werd binnengereden, kreeg zij een staande ovatie en toen zij enkele uren later weer vertrok, nogmaals. Uit de handen van een wethouder ontving zij een kunstprijs, van alle anderen een kus, een knuffel, een bemoedigend woord. Een maand later kregen wij in datzelde Kunstcafé het bericht dat Fanny was overleden. Vandaag wordt zij begraven.

donderdag 27 mei 2010

Bankzaken.

Vandaag moest ik een nieuwe bank-spaarrekening openen. Had, door omstandigheden, de keus tussen de ABN en de SNS. De ABN is een nette bank en is keurig in haar benadering van nieuwe klanten. De SNS bank richt zich kennelijk op de jongelui, want haar website is vergeven van het je-jij- en jouwen. Ik erger me daar dan kapot aan, maar ja.... de rente die de SNS me bood was aanmerkelijk hoger als die van de ABN en dus krijgt zij het beheer over mijn spaarcentjes. Het onprettige gevoel dat dit 'verraad' mij oplevert, eet ik maar weg met chocola en zoutjes. In de bevestigings-email werd ik wel weer aangesproken met 'u', waarschijnlijk op grond van mijn opgegeven geboortedatum, dus dat geeft nog wel wat hoop voor de toekomst. Nou ja, je moet tegenwoordig al blij zijn als je niet zo'n oranje toeter of muts cadeau krijgt. Het kan altijd erger!!!!!

zondag 16 mei 2010

Zomerhemd.

Gisteren in een vlaag van optimisme toch maar weer een zomerhemd gekocht. Fleurige kleuren, een vrolijk motiefje en korte mouwen. Zo'n niemendalletje dat je over je blote lijf kunt aantrekken. De werkelijkheid is nu dat ik nog regelmatig in een dikke, grijze trui rondloop. Het hemd gaat nog maar even de kast in. Zal het er dit jaar nog van komen dat ik het kan dragen?

Het voordeel van dat koele weer is dat je de aandacht op binnenshuis richt en er toe komt wat karweitjes aan te pakken die maar steeds zijn blijven liggen. Zo heb ik deze week een Reunie-site van de CJV waar wij vroeger lid van waren, weer eens aangevuld en opgeleukt. Klik hier wanneer je haar eens wilt bekijken.

Ook de genealogie-site is weer wat uitgebreid. Leuk wanneer je ontdekt dat een Trijntje al een eerder huwelijk had, waaruit ook weer kinderen zijn voortgekomen. Het is als bij een legpuzzel: steeds weer feest wanneer je een nieuw stukje hebt gevonden en dat ene stukje levert dan ook vaak weer een aantal andere nieuwe stukjes op.

donderdag 13 mei 2010

Brrrrrr........ koud!!!!

Hemelvaarsdag 2010. Temperaturen buiten die normaal zijn voor februari. Met Kerstmis was het weleens warmer geweest, zei de weerman vanmorgen. Binnen brandt de verwarming volop. Een dikke trui behoort weer tot de standaardkleding. Zon??? Verborgen achter dikke, grijze wolken, waaruit regelmatig wat regen valt.

Het ziet er naar uit dat ik mijn plannen dit jaar te gaan overwinteren zal moeten uitbreiden. Overzomeren is ook al nodig, lijkt het. Nederland moeten we maar gewoon onbewoonbaar verklaren. Opwarming van de aarde? Ik merk er nog niks van!

dinsdag 11 mei 2010

Ouderdom.

De ouderdom komt met gebreken. Zo merk ik bijvoorbeeld dat ik steeds vaker van die 'domme' dingen ga doen. Dingen die ik, denk ik dan, een aantal jaren geleden nooit zou hebben gedaan.

Ik ging het weekend naar vrienden in Warmond. Vrijdagmiddag, tijdens het kopen van mijn treinkaartje in de automaat, viel mijn oog op de optie 'Weekendretour'. Ik had het gevoel dat ik het weekend weg zou gaan, voor mijn gevoel was het al weekend en dus koos ik snel voor die mogelijkheid, want dat zou wel goedkoper zijn dan twee enkeltjes. Wat later op het perron schoot het door me heen dat het waarschijnlijk voor het gevoel van de NS nog helemaal geen weekend zou zijn. Wat te doen? Kaartjes omruilen kun je tegenwoordig niet meer, want alle loketten met mensen zijn vervangen door automaten. Daar kun je je kaartje wel in terugduwen, maar geld teruggeven is er niet bij.

De NS is tegenwoordig heel streng en niet altijd rechtvaardig. De boetes voor zwartrijden zijn fors. Ik zat dus niet echt lekker in de trein. Ik hoopte maar dat ik, wanneer ik gecontroleerd zou worden een menselijke conducteur (m/v) zou treffen, die mijn wandaad door de vingers zou zien. Ik reisde tenslotte niet zwart, maar hooguit lichtgrijs. Ik had een kaartje, was alleen wat te vroeg, want het werd pas om 19:00 uur geldig.

De reis duurde veel langer als gewoonlijk. Ik zat hem toch wel behoorlijk te knijpen en kon pas weer helemaal ontspannen toen we het station van Leiden binnenreden. Geen controle gehad.

Ondertussen was ik kwaad op mezelf dat ik zo stom had kunnen zijn. Ik begreep opeens de betekenis van het woord 'ouderdom'..... als je 'ouder' wordt. word je 'dom'. De ouder-dom slaat nu toch wel heel heftig toe Henc, dacht ik. Het moet niet veel gekker worden!

maandag 10 mei 2010

Dat meisje van de foto's.

Dit weekend ben ik bij een oude schoolvriend op bezoek geweest. Wanneer je elkaar een heel lange tijd niet gezien hebt, en dat was bij ons het geval, komen natuurlijk veel herinneringen en verhalen naar boven, en onvermijdelijk op een gegeven moment ook de plakboeken met foto's tevoorschijn.

Ik zag veel foto's waarop een meisje stond, een vrolijk meisje van een jaar of zeventien. Ze was net als ik lid van een Christelijke Jeugd Vereniging. Ik zag hoe zij danste, op een instuif, onder de visnetten aan het plafond en rond de bolbuikige chiantiflessen met druipkaarsen erin gestoken. Ze danste met jongens die allemaal netjes gekleed waren in overhemd, stopdas en colbert. De meisjes waren al net zo netjes gekleed in blouses en rokjes. Het begin van de jaren zestig; we waren nog zo keurig.

Het meisje, Ans heette ze, had plezier. Ze genoot van het dansen, werd lachend door mijn schoolvriend op zijn rug rondgesjouwd tijdens een spelletje dat tussen het dansen in gedaan werd, Ze praatte en lachte met vrienden en vriendinnen. Spontaan. Vrolijk. Onbezorgd.

Het meisje wist nog niet dat zij mijn naam zou gaan dragen, dat zij twee zoons zou krijgen die haar oma zouden maken van een zestal kleinkinderen. Ze wist niet dat ze ooit in Bussum zou gaan wonen, in Breukelen, in Huizen. Ze wist niet dat ze werk zou vinden tussen militairen en ouden van dagen. Gelukkig wist zij ook nog niet dat zij, veel te vroeg, zou overlijden aan een wrede, genadeloze ziekte. Ze danste, ze praatte en lachte. Onbezorgd.

Het leven gaat zoals het gaat. Misschien hangt het van toeval aan elkaar, misschien is alles voorbeschikt. Een kleine vijftig jaar geleden vroeg ik dat meisje met mij mee te gaan naar een verjaardagsfeestje. Ze zei 'ja' en op dat moment werd het verdere verloop van haar leven vastgelegd: een dikke veertig jaar mijn naam, twee zoons, zes kleinkinderen, met ups en downs.

Het leven is gegaan zoals het gegaan is. Veel blijdschap, veel verdriet. Dat lachende meisje van zeventien van de foto's was ruim veertig jaar mijn vrouw. Ik had het gevoel dat het zo moest zijn; ze hoorde bij mij. Het was goed zo.

donderdag 6 mei 2010

woensdag 5 mei 2010

Geboorte en dood.

Ik schreef het al eerder: een dag heeft voor mij veel te weinig uren. Wanneer ik alles zou moeten/willen doen wat ik moet/wil doen, dan kom ik gewoon uren tekort. Vandaar dat ik mijn weblog al weer enige tijd niet bijgehouden heb. Ik heb nu eenmaal veel hobbies, de ene keer is de genealogie aan de beurt, de andere keer de weblog, dan weer wat anders en de laatste dagen was het mijn toverlantaarnsite die ook nodig weer van iets nieuws voorzien moest worden. Dat overkomt me dan zo maar. Ik download van de ebay-site een serie leuke lantaarnplaten die de spil zouden kunnen vormen van een item dat al enige tijd in mijn hoofd rondspookt en even later ben ik met dat item begonnen en geef ik het al mijn tijd en aandacht. Ik maak werkdagen met overuren, neem nauwelijks de tijd voor koffie of een eenvoudige maaltijd. Andere hobbies, maar ook de huishoudelijke werkzaamheden, blijven liggen zodat de stapels vaat op het aanrecht steeds hoger worden en ik uiteindelijk geen bord meer heb om van te eten en geen kop meer om uit te drinken. Eerst moet dat nieuwe item voor de website af!


Gisteravond was het klaar. Eén nieuw item voor de site, bestaande uit een tweetal pagina's met toverlantaarnplaten die betrekking hebben op geboorte en dood, twee vaststaande gebeurtenissen in ieder mensenleven. Je ziet al dat werk er niet aan af. Vele duizenden op de computer opgeslagen afbeeldingen van lantaarnplaten moeten worden doorgebladerd. Teksten moeten worden geschreven en daarna vertaald, want mijn site is in het Nederlands en het Engels. De foto's moeten worden bijgewerkt voor het web. Eén geanimeeerde afbeelding van een dansend skelet kost mij al snel een uur werk. Het plaatje is in een halve minuut bekeken. Net zoals het bereiden van een maaltijd meestal een veelvoud van de tijd kost die het consumeren daarvan vraagt. Nu is het wel weer zo dat wanneer dat item door 600 bezoekers bekeken wordt, dan is dat toch ook weer 600 x 30 seconden = 300 minuten = 5 uur, en dan valt het wel weer mee allemaal.

Dan, om half elf nog eerst de afwas wegwerken. Terwijl ik daarmee bezig ben schiet mij nog iets te binnen dat toch echt veranderd moet worden en..... hup, daar gaat de computer weer aan.

Vandaag even geen website, vandaag is de beurt weer aan mijn weblog. En hopelijk nog een lekkere wandeling in de zon.

Geboorte en dood: www.luikerwaal.com/dood1_nl.htm

zaterdag 10 april 2010

Grote schoonmaak (5)

Ongelofelijk wat een beetje zonneschijn met een mens kan doen. Voelde ik mij de laaste dagen nog leeg en lusteloos, na een paar dagen zon op mijn plaatsje heb ik er weer helemaal zin in gekregen. Het is nog wel wat zoeken naar een plekje uit de wind en in de zon, maar dan is het goed toeven buiten. En daar maak ik dankbaar gebruik van!

De schoonmaakwoede zet door bij mij. Ik begin er zelfs plezier in te krijgen en laat het niet meer bij één kastje per dag, maar heb er vandaag vier schoongemaakt. Het zal straks wel wat problemen geven om allerlei dingen te kunnen vinden, want heel veel dingen hebben eeb andere plaats gekregen.

Het is lente. Ik heb (bijna) een nieuwe eetkamertafel met stoelen besteld en een mooie bos gele rozen op de salontafel geplaatst.

Het is nog een beetje moeilijk te bepalen met welke kleding je van huis gaat. 's Morgens vroeg is het nog fris en ben je geneigd een jas aan te doen terwijl je daar een paar uur later al weer spijt van hebt.

Eindelijk, die lange, koude, donkere, saaie, troosteloze, ellendige, kille, sombere, en zo kan ik nog wel even doorgaan, winter is voorbij (hoop ik).

donderdag 8 april 2010

Grote schoonmaak (4)

O jee! Terwijl ik nog maar nauwelijks bekomen ben van het virus dat mij lange tijd geplaagd heeft met een lelijke buikgriep, heeft opnieuw een virus bij mij toegeslagen. Het is een virus dat zich meestal in deze tijd van het jaar, het voorjaar, openbaart en dat het voornamelijk op vrouwen gemunt heeft. De verschijnselen die het virus veroorzaakt, treden meestal heel onverwacht op. De ene dag heb je nog nergens last van, de volgende dag heb je een onbedwingbare lust met gele doekjes, schuursponsjes en veel emmers schuimend water, aan de slag te gaan. Het is een virus dat men meestal aanduidt met de naam 'schoonmaakwoede'.

Nu ben ik niet zo'n poetser, maar hygiene staat toch wel hoog bij mij in het vaandel. Daarom ben ik maar begonnen met de keukenkastjes. Nou ben ik van het type 'als ik iets doe dan doe ik het grondig' en dus maak ik er werk van. Een kastje (met bijbehorende lade) wordt helemaal leeggehaald, grondig gesopt en geboend, de inhoud wordt afgewassen (hoe kan het toch nog zo vuil worden in een kastje?) en weer terug geplaatst. Ondertussen wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om allerlei dingen die je toch nooit meer gebruikt of waarvan je geen idee van hebt waar ze voor dienen, weg te gooien. Resultaat: blinkend schone, opgeruimde keukenkastjes die je het liefst de hele dag open zou willen laten staan om de eveneens blinkende inhoud aan een ieder te laten zien. Ik had gepland één kastje per dag, na de afwas, maar vandaag had ik er al zoveel plezier in dat het er twee zijn geworden.

donderdag 1 april 2010

Wintermoeheid.

Al die maanden lang is het mij gelukt iedere dag tenminste één bericht op mijn weblog te plaatsten, honderdvijfenzestig in totaal, en dan ineens is het over, op, finito. Tien dagen zijn nu voorbij gegaan zonder blog. Dat zit mij niet lekker. Wanneer je als man alleen komt te staan dan is het moeilijk om een bepaalde discipline in je leven aan te houden. In het begin ben je vol goede voornemens, maar langzaam sluipt het er in: later opstaan, later je wassen en scheren, de afwas blijft een paar dagen staan, de vogelpoep blijft op het raam zitten, de maaltijden worden steeds kant-en-klaarder.....

De weblog was voor mij een manier om toch nog een zekere discipline in mijn leven te handhaven. Door de hardnekkige buikgriep en meer nog door de lange nasleep daarvan, is het er de laatste tijd echter niet van gekomen. Het lukt me niet. Ik voel me leeg, zonder inspiratie, geen zin weer eens wat op 'papier' te zetten. Ik voel wintermoeheid.

Het komt wel weer hoor.... Misschien met een wat lagere frequentie dan tot nu toe het geval was, want laat ik eerlijk zijn.... het valt niet mee om iedere dag maar weer iets te verzinnen. Veel onderwerpen zijn ook voor eenmalig gebruik: ik kan niet nog eens uitgebreid gaan beschrijven hoe goed mijn orchideeën het doen.

Even rust dus, even pas op de plaats. Nog even dan wordt het ècht lente. Dan gaat mijn bloed weer bruisen en de inkt van mijn pen weer vloeien. Even rust nog, even pas op de plaats.

zondag 21 maart 2010

Grote schoonmaak (3)

Sommige mensen maken ruzie of Huizen in de vvv-folders moet worden omschreven als 'dorp aan het water', of als 'stad aan het water'. Een probleem waar meer gemeenten mee worstelen. Nooit stadsrechten verleend, dus officiëel een dorp, maar 'dorp' klinkt zo kleintjes en de gemeente mag qua grootte en belangrijkheid ondertussen echt wel een 'stad' genoemd worden.

Van mij mag het altijd een 'dorp' blijven, of zoals de Huizers zeggen 'een darp'. Een dorp met klederdracht, pitoreske straatjes, karakteristieke boerderijtjes en ..... een dialect.

Dit gedicht in Huizer dialect beschrijft hoe de voorjaarsschoonmaak plaats vond in het Huizen van de jaren vijftig:

'n Huizer schooënmaak in de ouwe tijd.

Wanneer 't veurjaar is in 't langd,
de zoemertijd is annëbreuken,
dan wurdt in't darp van alle kangt
over 't schooënmaken ëspreuken.

't Darp dat is in rep en reur;
d'r wurdt ëragd, ëscheuen,
't huis wurdt ërainigd, deur en deur,
geen mins die mag d'r mie bemeuen.

Eerst wurdt de zolder ópëknapt,
mit ragger, fail en nemmers water.
D'r wurdt ësopt, ëschuid, ëlapt,
de are boel die komt pas later.

Dan wurdt de bestie uitëdreugen.
't Strooi wurdt in de zolft ëbrocht.
Ik kan't m'n als kijnd nog heugen
Vur 't ouwe wurdt weer nijw ëkocht.

De beddezakken uitëwussen,
de wattedekens uitëlucht.
En Oëtjen slaakten óngertussen
of en too een diepe zucht.

't Ouwe mins loëpt of en an,
d'r pikmus ónger 't stof.
En teugen heug en meug neemt dan
't manvolk geut en zolder of.

De kachel dee wurdt ovvëbreuken,
dee zetten ze vast an de kangt.
Wat kranten wurren annësteuken,
daer wurdt de pijp mie uitëbrangd.

Kist en kast komt van z'n plak,
een zeutjen van belang.
De schilder brengt vast drumpellak
en oëk nog nijw behang.

En as't behungen is, dan pas
krijgt alles nog een kwassie,
De siebiejerre in de was
en oëk 't gebeugen kassie.

De buiteboel krijgt oëk nog beurt,
de vainsturs en de muren.
En achter 't hórretjen daer keurt
't oëg van kwaaie buren.

Vur kuip en tobbe nog wat verf,
wat appelbleu naer wens.
Ëhurken wurdt de héële buurt,
de pomp is bijna lens!

Dan wurdt de boel an kangt ëzet
't keuper droëg ëschuurd.
Mar óngertussen het de pret
wel dree en 'n halve week ëduurd.

Mar is de boel dan vur mekaar,
dan zie je oëk gien kwintjen.
Dan kan 't weer zitten vur een jaar,
want schooën is ellek stintjen.

Mai 1950, Jaauwuk en Hainoëm.


Bron: De Ratel, tijdschrift van de Historische Kring Huizen, febr. 2010.

zaterdag 20 maart 2010

Grote schoonmaak (2)

Eén dag in het jaar, in het vroege voorjaar, kwam je als kind thuis uit school en wist je even niet wat je zag: dat goede, oude, vertrouwde thuis van je stond volledig op zijn kop. Alle kasten waren opzij geschoven, stoelen stonden op tafels, kleden waren opgerold en werden buiten geklopt, het bankstel stond op zijn kant, alles wat verplaatst kon worden was naar buiten gesleept om gelucht en gereinigd te worden. Het huis was gevuld met een mix van vreemde geuren, boenwas, zeep, chloor, spiritus, ammoniak. Kortom, het leek of er zich een complete natuurramp had voltrokken. Als kind voelde je je totaal ontheemd.

Ieder jaar, wanneer de winter voorbij en de kachel uit was, ontstond er bij alle huisvrouwen in Nederland een grote poetswoede, die wel enkele dagen kon duren. Dat was de jaarlijkse grote schoonmaak die in ieder gezin werd gehouden zodra de eerste zonnestralen het huis binnenpiepten. Het was tot ver in de jaren 50 ondenkbaar dat je je eraan onttrok. Als je er niet aan deed, viel je buiten de gemeenschap.

Je moeder en wat behulpzame tantes of buurvrouwen liepen voortdurend bedrijvig door de huiskamer te rennen met stof- en poetsdoeken, bezems, dweilen, moppen en zwabbers en hadden geen tijd voor je. Ze zouden je niet eens gemist hebben wanneer je niet was thuisgekomen. Geen kopje thee met een koekje.... je moest jezelf maar zien te redden. In de keuken werden alle kastjes leeggehaald en schoongemaakt. De kastplanken werden allemaal van nieuw papier voorzien. Alle kastplanken in huis waren daarmee bedekt. Daardoor ging het schoonmaken relatief snel: oud papier er uit, nieuw papier er op en schoon was het kastje.

De enige troost was dat je wel eens een verloren gewaand speelgoedje terugvond achter de opzij geschoven kasten.

vrijdag 19 maart 2010

Grote schoonmaak (1)

Vanaf de dag dat ik met bloggen begon, op 20 oktober 2009, had ik 162 blogjes geschreven. Iedere dag tenminste één, in het begin vaak twee, en opeens hield het op. Ik kreeg verontruste telefoontjes van trouwe volgers die bang waren dat niet alleen mijn weblog, maar ook ikzelf ter ziele waren. Dat bleek mee te vallen. Ik was behoorlijk ziek, te ziek om zelfs maar een tiental minuten aan mijn laptopje te gaan zitten computeren, zelfs niet meer in staat om een simpel berichtje als 'wegens ziekte gesloten' te plaatsen zoals ik eerder nog deed. Terwijl ik mijzelf al weer 'Bijna beter...' had verklaard, was de ziekte weer in alle hevigheid teruggekeerd en was ik weer terug naar AF.

De laatste dagen gaat het nu steeds weer een stukje beter en nu heb ik het gevoel dat het vrijwel over is. Nog even slap, doodmoe, nog even herstellen.

De weegschaal geeft zo'n zeven kilo minder aan als toen ik begon met ziekzijn en ik zit aardig dicht op mijn streefgewicht. Ik zie het maar als een grote schoonmaak, een voorjaarsschoonmaak, die mijn lichaam gehouden heeft. Nu even zo houden. Ik heb vanmorgen bij het boodschappen doen de Pringles laten liggen, net als de chocolade tabletten en de koekjes, heb wat meer lightproducten gekocht als anders, wat meer fruit. Eiwitten in plaats van koolhydraten. Van die dingen.

Ik ben er weer dus weer, als een phoenix *) herrezen uit zijn as. Tot morgen!


*) Wat jammer toch dat je zo'n prachtig woord tegenwoordig eigenlijk moet schrijven als 'feniks'. Feniks, dat is toch gewoon niks!

vrijdag 12 maart 2010

Bijna beter....

Het moment dat ik mezelf genezen ga verklaren is niet ver meer. Het gaat best wel weer de goede kant op met me. De stoelgang herstelt zich, ik kon het aanrecht weer eens goed schoonmaken, de wc's poetsen tot ze weer spic-and-span waren en een stofzuiger door het huis jagen.

Het was heerlijk om die huishoudelijke werkzaamheden, die nou niet bepaald mijn favorieten zijn, weer te kunnen doen. Natuurlijk is het fijn als een ander dat in geval van nood even over neemt, maar het beste voelt een mens zich toch wanneer hij voor zich zelf kan zorgen. Daarna naar de BONI geweest, sjouwend met een krat met op de heenweg lege en op de terugweg volle bierflesjes. Ik wilde daarna meteen doorgaan met een was draaien, nog wat bankzaken regelen, en wat andere klussen, maar toen was ik even helemaal uitgeteld en moest languit op de bank gaan liggen bijkomen. Maar het gaat beter..... Nog even.

donderdag 11 maart 2010

Jonge, jonge.....

Lang geleden, toen mijn verre voorouders nog in Schiedam hun karig loon verdienden in de jeneverindustrie, werd er nog echte jenever gestookt of gebrand. Ik zag vanavond op de tv dat dat niet meer zo is. Alle grote, bekende merken worden door dezelfde fabrikant gemaakt. Bols, Bokma, Harteveld, Olifant, Hoppe, Henkes en nog talloze andere merken, ze komen allemaal uit dezelfde fabriek in Zoetermeer. De grondstoffen die ze minimaal moeten bevatten zijn niet wettelijk voorgeschreven. Men rotzooit dus maar wat aan.

De basis van de jenever, de moutwijn, komt vrijwel allemaal uit één en dezelfde fabriek in Belgie. In Nederland wordt die moutwijn dan vermengd met eventueel wat kruiden en water, er wordt een etiket op de fles geplakt waarop uitgebreid wordt beschreven hoe 'ambachterlijk' en 'zuiver' het product is, en dat is het zo ongeveer. Niet zelden ontbreekt zelfs de moutwijn helemaal en is het slechts een mengsel van alcohol en water, wat ons als jenever verkocht wordt. Die alcohol wordt vaak ook al niet eens meer bereid uit granen, maar uit suikerbietenpulp. Jeneverbessen, die toch de karakteristieke smaak aan de jenever zou moeten geven, hoeven er ook al niet in te zitten. Vaak laat de fabrikant ze dus maar weg.


Het is uiterst moeilijk, zo niet onmogelijk, een jeneverfabriek te bezoeken. Zoals te begrijpen valt, vindt de fabrikant het niet prettig wanneer de gebruiker, die soms zweert bij een bepaald merk, dit allemaal weet. Slechts bij één bedrijfje, waar alles nog op authentieke wijze met de hand gestookt en gedestilleerd werd, 'De Ooievaar' in Amsterdam, was de cameraploeg welkom, maar ook hier bleek, nogal teleurstellend, de belangrijkste grondstof van de jenever, de moutwijn, toch ook weer uit die fabriek in Belgie te komen.

Het is een triest verhaal. Pakweg twaalf euro betalen voor een fles water met wat alcohol. De overheid doet niet moeilijk, want zij vangt zo'n negen euro aan accijns op die fles. M'n voorouders, nog echte handwerklieden, zouden zich in hun graf omdraaien als ze het wisten.

woensdag 10 maart 2010

Boekenbal.

In het NOS-journaal van vanmorgen beantwoordt Bart Chabot op het boekenbal de vraag of jonge mensen nog boeken zullen blijven lezen in de toekomst. Binnen tien seconden is het al weer zover: '....de mensen willen eeuwig blijven neuken...' bralt Bart, struikelend over zijn woorden om maar zo snel mogelijk te kunnen scoren. Het slaat helemaal nergens op, maar pubertje Bart heeft het toch maar weer gezegd. Flinke jongen hoor Bart, maar nu verder de rest van de avond je mond dichthouden wanneer de grote mensen praten. Misschien vindt tante Helene het nog wel opwindend even met je te babbelen.

Ik heb niets tegen het gebruik van het woord 'neuken'. Mijn beste vrienden gebruiken het. Het is een goed Nederlands woord, iedereen begrijpt wat er mee bedoeld wordt, dus van mij mag iedereen het gebruiken om een bepaalde bezigheid mee aan te duiden, zoveel hij maar wil. Waar ik mij soms wel aan erger zijn al die figuren op de beeldbuis die het woord alleen maar misbruiken om te kunnen laten zien hoe stoer, progressief, jeugdig, eigentijds, artistiek, ruimdenkend, vrij, vrijmoedig en vrijpostig ze zijn. De Bart's dus.

En verder.... het gaat met mij onmiskenbaar iedere dag een klein beetje beter. Al weer wat boodschappen gedaan vanmorgen. Erg slap nog.... doodmoe!

dinsdag 9 maart 2010

Aardige mensen.

Ik heb het nooit zo op die reclamecampagnes van SIRE op de tv. Ze zijn me meestal te betuttelend en te belerend. De filmpjes worden nooit bekeken door de mensen die ze zouden moeten zien. Ze versterken het wij-en-zij gevoel onder de bevolking, waarin de wij's natuurlijk de goeden zijn, en de zij's het tuig. Tenslotte: ze zijn zo confronterend; ze zijn zo wàar. Mensen lopen inderdaad de bus in zonder de chauffeur een blik waardig te keuren, terwijl ze in hun mobieltje blijven doorlullen. Mensen gooien inderdaad zonder blikken of blozen hun vuil op straat of in het bos. Je wordt niet vrolijk van dat soort filmpjes.

Toch is er momenteel een campagne aan de gang waarin ik mij wèl kan vinden: Aardige mensen, hoe gaan we er mee om? Anders dan de kranten en televisieberichten ons willen doen geloven, bestaat het overgrote deel van de mensheid natuurlijk nog steeds uit heel aardige, lieve, goedwillende mensen. Maar door al die berichten zijn we wantrouwend geworden. Wanneer iemand aardig voor ons is, is de gedachte al gauw: wat moet die man/vrouw van me? Daar moet iets achter zitten.

De hele maatschappij is inmiddels ingericht op wantrouwen en achterdocht: in de winkels hangen camera's, want we zouden wel eens kunnen gaan stelen. Een flesje parfum mag niet meer mee in het vliegtuig, want het zou een bom kunnen zijn. De overheid doet er ook flink aan mee en wil van de bijstandmoeder dat zij heel haar financiële leven blootlegt. Als iemand namens je wil stemmen wordt alles gechecked en gedoublechecked. Er zou eens iemand kunnen frauderen.

Jammer, al dat wantrouwen, want er zijn zo veel aardige mensen om ons heen.

maandag 8 maart 2010

..... en ook nog

En dan is er nog een lieve vriendin die mij, ondanks dat ze zelf nog nauwelijks op de benen kan staan vanwege dezelfde ziekte die mij in haar greep houdt, een verrassingspakket komt brengen. Een tas vol leuke, lekkere spulletjes, die duidelijk niet zo maar bij elkaar gegraaid zijn, maar zorgvuldig zijn uitgezocht. Die op elkaar, en op de vervelende ziekte, zijn afgestemd. Van rol beschuit tot zakje geurige bloesems voor op de wc. Van bloemenhoning tot vitamine-c.

Er zijn nog zoveel lieve, aardige mensen op de wereld.

zondag 7 maart 2010

Een standbeeld voor Teun.

Ik had die ochtend afgesproken met mijn vriend Teun, maar moest hem telefonisch melden dat hij beter niet kon komen, omdat ik flink ziek was. Een uurtje later stond hij toch voor de deur.

De chaos die hij aantrof was ontzettend: een toilet dat er niet uitzag, vervuilde kleding, een onplezierige lucht in huis, een patiënt die op de bank lag te creperen en om de tien minuten maar moest zien nog tijdig de wc te halen.

Hij kwam duidelijk niet voor een ziekenbezoekje, maar ging meteen energiek en blijmoedig aan de slag. Als een Florence Nightingale die medische hulp en steun gaf, als een Witte Tornado die er voor zorgde dat mijn toilet er weer spic-and-span uitzag, als een huisarts uit ver vervlogen tijden toen een patiënt nog de aandacht kreeg die hij nodig had, als een butler die er voor zorgde dat het mij aan niets ontbrak: vruchten, sapjes, crackers en een kopje thee, als een Duizendpoot die de was draaide, ondertussen de afwas deed en de kastjes nog even oppoetste, als een Jamie Olivier die thuis een smakelijke en lichtverteerbare avondmaaltijd voor mij bereidde, als een Superman die steeds op de plek was waar hij nodig was, als een Pleegzuster Bloedwijn die......, nou ja, kortom..... als een Redder in de Nood. Ik zou niet weten hoe ik die ellendige dagen had moeten doorkomen zonder zijn hulp.


Voor mij is Teun een echte Held die een standbeeld verdient, maar ook, meer nog, een Vriend met een hoofdletter!

zaterdag 6 maart 2010

Beter, nog niet best.

De afgelopen week werd ik geveld door een zeer heftige buikgriep. Voor degenen die ooit ook te maken hebben gehad met een zeer heftige buikgriep, hetzij in eigen lijf of in dat van één van hun huisgenoten, hoef ik verder niets meer te vertellen. Voor de weinigen die de ervaring niet kennen: er zijn nogal wat momenten dat je op je vervuilde toilet alleen nog zit te hopen dat ze maar snel zullen komen om je af te schieten. Binnen de kortstmogelijke tijd ben je te slap om langer dan een minuut op de been te blijven, laat staan om de troep om je heen op te ruimen.

Gelukkig ben ik weer aan de beterende hand. Al die tijd had ik mijn computer nauwelijks aangeraakt, zelfs mijn e-mail bekijken was me teveel. Ook het schrijven van een dagelijkse blog, iets wat ik onder andere barre omstandigheden toch nog steeds vol had weten te houden, lukte me niet. Ik kon niets aardigs verzinnen, geen zinnen aan elkaar breien, en niet langer dan één minuut verticaal aan de huiskamertafel verblijven. Nu ben ik al weer tien minuten bezig.

Voordelen, ik probeer uit alle ellende ook nog maar wat positiefs te halen, waren er ook. Zo'n buikgriep blijkt een prima middel om af te slanken. In enkele dagen was ik meer dan vijf kilo kwijt geraakt. Of die weg zullen blijven betwijfel ik; het is natuurlijk voornamelijk vocht wat je kwijt bent en dat zit er ook zo weer aan. Ik heb me wel voorgenomen beter op mijn eetpatroon te gaan letten. Misschien is zo'n buikgriep toch ook wel een signaal dat je je lichaam te veel als een kliko aan het gebruiken bent.


Tweede voordeel: ik kon na jaren weer eens een volledige speelfilm op tv bekijken. Anders heb/gun ik mij de tijd niet daarvoor. Ik keek naar Persuit of Happyness, met in de hoofdrollen Will en Jaden Smith, zowel in de film als in werkelijkheid vader en zoon. Een werkelijk prachtige film, die mij vermaakte, boeide en ontroerde. Moet daarvoor dus ook maar eens vaker wat tijd voor gaan vrijmaken.

Ten derde: Je leert weer eens de waarde van echte vrienden kennen. Maar daarover hoop ik morgen verder te kunnen schrijven.

maandag 1 maart 2010

Jeneverdiefstal.

Het leukste van het samenstellen van een genealogie is misschien nog niet eens het gestaag zien groeien van de lijst met nabije en verder weg gelegen voorvaderen. Dat levert uiteindelijk alleen maar vellen vol vrij saaie gegevens op. Echt leuk wordt het pas wanneer je je gaat verdiepen in de achtergronden. Hoe leefden die mensen vroeger, wat deden ze voor werk?

In Schiedam, waar de oudste van mijn voorvaderen woonden, werd 400 jaar lang jenever gestookt en gebrand. Er was in de stad een flink aantal branderijen te vinden en daarnaast waren er ook veel toeleveringsbedrijven, zoals glasblazerijen en kuiperijen. Veel inwoners hadden daar hun werk en verdienden er een karig loon mee. Ook in mijn familie vind je veel branders, kuipers en mouters.

Anderen, die niet zoveel heil zagen in werken, kwamen aan hun geld met diefstal. Hier volgt een bericht over een jeneverdiefstal:

In december 1808 stond de negentienjarige arbeider Andries Trauborst voor de rechter. Hij had op 26 november met zijn kompanen Joseph Bernard en Daniël van Mill op de schuit van schipper Willem Poort, waar open en bloot grote vaten jenever opgestapeld stonden, twee gaatjes geboord in zo'n vat, daar een emmer onder gezet, die driemaal volgetapt en de buit in het huis van Van Mill in een ander vaatje gegoten. Toen ze het de volgende nacht weer probeerden, stuitten ze op de nachtwaker die de schipper waarschuwde. Trauborst kreeg voor deze, en andere kleine diefstallen, een zware straf. Nadat hij in het openbaar gegeseld en gebrandmerkt was, moest hij zestien jaar in een werk- of tuchthuis doorbrengen. Vervolgens werd hij daarna nog voor tien jaar uit het land verbannen.

Tsja.... voor zo'n straf moet je tegenwoordig wel wat meer doen dan een vat jenever jatten. De tijden veranderen en dat vind je ook terug in de genealogie.

Ik ga voordat ik ga slapen nog maar even een glaasje inschenken. Nee.... geen jenever. Een lekker halfzoet wit wijntje.

zondag 28 februari 2010

Website Genealogie.


Ik heb op deze weblog al een paar keer geschreven over de genealogie van mijn familie, die ik aan het samenstellen ben. Dat is niet iets wat je op een regenachtige zondagmiddag (zoals vandaag!) doet, daar ben je vele jaren mee bezig.

De laatste tijd heb ik er weer flink wat gegevens bij gevonden, voornamelijk dank zij het onvolprezen internet. Ik ben inmiddels aangeland in ca 1570 en het is niet te verwachten dat ik verder zal komen. In de breedte kan de genealogie echter nog best uitgroeien en dat zal dan ook zeker gaan gebeuren in de toekomst.

Het is inmiddels alleszins de moeite waard de gegevens op het internet te plaatsen en dat heb ik dan ook nu maar eens gedaan. Bekijk het resultaat van vele jaren noeste arbeid op http://www.genealogie.luikerwaal.com.