vrijdag 23 oktober 2009

Zus(je).

Vandaag ben ik naar mijn zusje geweest. Zij is, geloof ik, niet zo blij met dat verkleinwoordje, maar wanneer je de jongste bent van het gezin, dan blijf je toch altijd een zusje, net zoals ik, als oudste van het gezin, altijd de grote broer zal blijven.

Het was eigenlijk maar goed dat ik eerst met haar de afspraak had gemaakt dat ik vandaag, op haar verjaardag, naar haar toe zou komen en daarna pas op het internet ben gaan opzoeken hoe erg de reis zou gaan worden, anders had ik mij misschien nog wel bedacht. Ik ben niet in het bezit van een auto en met het openbaar vervoer is het nog steeds droevig gesteld, vooral als je naar een dorpje moet dat ver van een station ligt. Een bezoek aan de Reisplanner maakte mij niet vrolijk. Drie of vier keer overstappen en een reistijd van een dikke twee en een half uur. En dan moet je natuurlijk nog terug ook. Met de auto ben je er in een uurtje.

Ik ben toch al geen reiziger. Een bezoek aan de plaatselijke supermarkt is mij, bij wijze van spreken, al te veel en te ver. En dan twee maal twee en een half uur...... Ik ben meer voor de teleporter. Gewoon in een capsule stappen, de gewenste locatie intikken en flitzzzzzz..... luttele secondes later sta je op de plek waar je wezen wilt. Ik ben dus eigenlijk gewoon te vroeg geboren.

Toen ik mijn zus(je) per e-mail van mijn bevindingen op de hoogte bracht, mailde ze terug dat ik een extra knuffel zou krijgen. Dat maakte het natuurlijk al een stuk aantrekkelijker.

Hoe dan ook, inmiddels weer terug van weggeweest, ben ik blij dat ik gegaan ben. Mailen is leuk, bellen ook, maar er gaat toch niets boven een echt bezoek. Gewoon gezellig kletsen, lachen, herinneringen ophalen, wat eten en dan natuurlijk die knuf. Dat is die vijf uur reizen ruimschoots waard.