dinsdag 11 januari 2011

Straatkonijn.

We hebben hier op het woonerf waar ik woon al een paar jaar konijnen rondlopen. Eerst waren het er twee, een bruine en een witte. De bruine zat wanneer ik opstond altijd op het stukje straat tegenover mijn huis op me te wachten, leek het wel. Als hij gezien had dat ik weer gezond opgestaan was, huppelde hij weer weg en ging doen wat een konijn zoal doet op een dag. Het was al met al een vertederend gezicht, maar dergelijke zachtaardige gevoelens verdwijnen wanneer die 'leuke beestjes' overlast gaan geven. Ze groeven wel eens holen in zorgvuldig onderhouden tuinen en kwamen ook wel onder het huis. Toen een buurman van me op een kwade dag zonder internet kwam te zitten en bleek dat één van hen een kabel onder de vloer had doorgeknabbeld, organiseerde hij met enkele buren een klopjacht en het lukte hem de bruine te vangen.

De witte zie ik nu nog steeds iedere dag. Soms rent hij in doodsnood over de straat, achterna gezeten door een paar wild keffende hondjes. Soms wordt er weer een klopjacht georganiseerd door de buren, maar hij weet steeds te ontsnappen aan de met visleefnetten gewapende meute. Toen het sneeuwde had hij natuurlijk de meest ideale schutkleur. Soms lag er een wit hoopje sneeuw onder een struik waar, als je heel goed keek, opeens wat beweging in kwam. Even later stond het hoopje op en verplaatste zich naar een andere struik.


Nu zit hij daar al weer minstens een uur, scherp afstekend op nu de sneeuwloze aarde, nieuwsgierig mijn huiskamer in te gluren. Van mij mag hij dat nog jarenlang blijven doen. Mijn internetkabels liggen toch boven de grond.