Ik was eigenlijk zeer verbaasd toen ik van verschillende kanten nogal geschrokken reacties kreeg op mijn laatste gedicht, Eenzame Kerst. Begrepen mijn lezers dan niet dat men de gedichten
op mijn weblog meestal niet al te serieus en zeker niet als autobiografisch moet opvatten?!
Een paar maanden geleden schreef ik al dat ik begonnen was met het maken van tweelinggedichten. De dichteres Roxane van Iperen, ook bekend als de Pleitschrijver, stuurt wekelijks een gedicht aan degenen die zich daarvoor opgegeven hebben. Ook aan mij. Ik vond het een leuke en interessante opgave voor mijzelf daar dan iedere week een tweelinggedicht bij te schrijven. Geen eeneiige tweeling. Wel hetzelfde onderwerp, maar dan vanuit een geheel andere invalshoek.
De laatste keer stuurde zij me, niet zo vreemd in deze tijd van het jaar, het gedicht Eenzame Kerst. Zij had daar zoals gewoonlijk weer heel wat ingewikkelde zinnen en woorden en moeilijke zinsconstructies voor nodig. Ik wilde het, ook zoals gewoonlijk, heel simpel houden en kreeg in een flits de ultime uitbeelding van een Eenzame Kerst door. Het werd het kortste gedicht dat ik ooit schreef en waarschijnlijk ook ooit zal schrijven. Ik kon volstaan met slechts één leesteken. Een punt.
Kennelijk trof ik met die ene, enkele punt wel heel goed de sfeer van een Eenzame Kerst, want verschillende mensen werden erdoor geraakt en betuigden mij hun medeleven. Ten onrechte, maar ik kan het zien als een compliment en dat doe ik dan ook maar.
Toch maar even voor de duidelijkheid: verreweg de meeste proza in mijn blogs is autobiografisch, zij het soms een tikkeltje aangedikt terwille van het effect. Mijn poëzie daarentegen is vrijwel nooit autobiografisch, behalve de gedichten die te maken hebben met Ans; die komen regelrecht uit mijn hart. Ingewikkeld hè?